Het onderzoek

Het eigenlijke onderzoek vergt een prudente aanpak omdat de asielzoeker moet worden gevraagd naar een volledige beschrijving van hetgeen hem of haar overkomen is. Veel van de onderzochte asielzoekers hebben te maken gehad met ernstige traumatische ervaringen zoals seksueel geweld of ander fysiek geweld. Dit overkomt zowel mannen, vrouwen als kinderen en de schaamte om daarover te vertellen is vaak groot. De rapporteur moet in sommige gevallen aanvullend onderzoek (laten) doen naar littekens, fracturen, brandwonden en andere fysieke tekenen van geweld. Het uiteindelijk onderzoeksrapport moet een zorgvuldig verslag van bevindingen worden waarbij gewerkt wordt volgens de richtlijnen van het Istanbul Protocol – een internationale standaard met betrekking tot het documenteren van marteling en geweld. Deze richtlijnen geven richting aan de vraag of de bevindingen van de rapporteur overeenkomen met het individuele verhaal van de asielzoeker.

Wanneer iMMO besluit tot het uitvoeren van een onderzoek dan wordt dit uitgevoerd door een daartoe intern getrainde arts of psycholoog. Het bureau verzorgt het maken van afspraken met rapporteur over tijd, plaats en einddatum rapportage en maakt heldere afspraken over wie de asielzoeker uitnodigt, de plaats en tijd en draagt zorg voor een tolk. De rapporteur krijgt een kopie van het volledige dossier inclusief de te beantwoorden vraagstelling(en), een checklist iMMO-onderzoek en een richtlijn voor het iMMO-onderzoek. Tevens ontvangt men toestemmingsformulieren, een machtiging medische gegevens en een digitale rapportage-opzet. Als de rapporteur voor of tijdens het onderzoek constateert dat er toch nog medische informatie ontbreekt, dan vraagt de rapporteur die informatie zelf op bij de medische instanties of men vraagt de iMMO-staf dit te doen.

 

Rapporteur aan het woord
In deze rubriek doen rapporteurs verslag van hun ervaringen bij het verrichten van een iMMO-onderzoek.